COC-PV-Lesbrief-EenZeeVanLiefde

Lesbrief Een zee van liefde Geschikt voor: groep 1, 2 | Niveau: onderbouw basisonderwijs

Activiteit in de speelzaal Benodigdheden: • Het prentenboek Een Zee van Liefde

• Een ruimte waarin leerlingen zich makkelijk en vrij kunnen bewegen, zoals de gymzaal of het eigen lokaal met de tafels opzij geschoven.

De leerkracht noemt een unieke samenstelling of opbouw binnen een gezin en de leerlingen lopen/ rennen/hinkelen naar een bepaald punt in de ruimte als dit op hen van toepassing is. Bijvoorbeeld • Iedereen die een oudere broer of zus heeft, gaat naar de pilon rechts, iedereen die dit niet heeft blijft op de bank zitten. • Iedereen die met twee ouders in één huis woont gaat bij de rode tafel staan (Milo de rog), de kinderen die twee huizen hebben met ouders gaan naar de groene stoel. • Iedereen die 1 ouder heeft (Betty de octopus) die voor hen zorgt gaat naar de ene hoek en iedereen die er 2 of meer heeft gaat naar de andere hoek. • Iedereen die 2 mama’s (Flip de dolfijn) of 2 papa’s (Sven de zeester) heeft gaat naar de bank terug en iedereen die een andere samenstelling heeft thuis blijft staan. • Iedereen die iemand in huis heeft die in een rolstoel zit of minder goed kan lopen (Betty de octopus) hinkelt naar de ene hoek en de rest loopt naar de andere hoek. • Iedereen die iemand in het gezin heeft die zich de ene dag een meisje voelt en de andere dag een jongen (Robin het zeepaardje) draait een rondje en iedereen die zich alle dagen een jongen of alle dagen een meisje voelt draait de neus naar het raam. • Afsluitende opdracht: iedereen die thuis een gezin heeft met mensen die van hen houden (iedere vis in de zee) roept ‘Hoera!’ en gaat op zijn eigen plek op de grond zitten.