Oerbos Hooidelta

1860: ‘Uit Kampen werd gewag gemaakt van buitengewone verliezen door de storm van mei. Ook de graslanden leden veel door het zeewater en werden, onder slik en klein bedekt, geruime tijd onbruikbaar. Van de eerste snede is niets noemenswaard binnengekomen en de weiden konden ternauwernood worden afgemaaid. De meiers van het Kampereiland kregen een tegemoetkoming van de gemeente door kwijtschelding van de pacht.’ 1863: Schraal voorjaarsweer, nachtvorst, droogte. ‘Veel veehouders in Kampen die in een gewoon jaar hooi ter verkoop aanbieden, moesten het nu elders kopen.’ 1864: In de omgeving van omgeving Kampen en in de polder Mastenbroek leed men nog onder de overstromingen van 1862 en 1863. ‘De bodem was nog voor veel gewassen, en in het bijzonder voor de in die streken zo belangrijke hooibouw, ongeschikt.’ 1868 : Vanaf eind mei tot het begin van de herfst ‘heerste er een schier ongekende hitte en droogte, waardoor niet alleen het planten en zaaien bemoeilijkt werd, maar ook de verbouw van enige gewassen verre van voordelig was. Gronden, laag gelegen of met veel water doorsneden, hadden natuurlijkminder te lijden dan hoog gelegene. De berichten van daar luiden dan ook niet ongunstig. Voorts bleek het daar waar goede bewerking van de grond met ruime bemesting gepaard ging, de gevolgen der droogte zich minder dan elders liet gevoelen.’ 1869: In de IJsselstreken was er een dubbele opbrengst ten opzichte van een normaal jaar. In Genemuiden werd een derde meer hooi gewonnen dan in het vorige jaar, dat ook al goed was. Langzamerhand verdwenen gras en hooi, evenals het weer, als vaste onderwerpen in de berichtgeving van Gedeputeerden aan de Staten. Vanaf 1877 werden de Verslagen geleverd volgens een andere systematiek, waarbij er helemaal geen plaats meer was voor het gras, het hooi en hun relatie met het weer.

land nog onder water stond, zodat het ijs bij de afloop van het water op het land terug bleef en op de groei zeer schadelijk werkte. Overal was bovendien het koude en schrale voorjaar van nadelige invloed en daardoor was er in het begin van de zomer in het algemeen weinig weide en ook de hooibouw was schraal, hoezeer ook de hooilanden buitengewoon duur werden verpacht. De naweide was evenwel beter en ook wat het hooi betreft was de tweede snede beter dan de eerste.’ 1856: ‘De berichten over den hooibouw zijn vrij voldoende. In de rivierstreken heeft de hoge waterstand veel schade aangericht, zodat op de uiterwaarden van de IJssel het eerste gras grotendeels verloren ging. Ook te Genemuiden was de verbouw niet gunstig.’ 1857: ‘ Wat het gras betreft, de weiden waren in het voorjaar, waar zij niet te veel hadden geleden van de nachtvorst, goed bezet. Ook de eerste snede van het hooi was vrij goed en kwam droog binnen. In de zomer echter waren de hitte en droogte voor de groenlanden vooral in de hogere streken te sterk. Vele weiden verdorden en in een gedeelte van het jaar leek de vrees voor veevoer zeer gegrond, omdat veel boeren al aan het wintervoer moesten beginnen. Gelukkig was de graswortel niet verdroogd en gedurende het bijzonder gunstig najaar kwamen de weiden weer helemaal bij, terwijl het vee buitengewoon lang buiten gelaten kon worden, waardoor de vrees voor schaarste ongegrond bleek. In het lagere gedeelte langs de zee en de IJssel was de hooibouw niet onvoordelig en werd er uitmuntend hooi gewonnen.’ 1858: ‘Op zeer weinig uitzonderingen na was het voorjaar hoogst ongunstig voor gras en hooi. De weiden waren voor een groot deel verdord en het vee werd in sommige hooilanden gejaagd, elders de rogge voor veevoer gemaaid. De eerste snede aan hooi leverde ook zeer weinig op en er moest worden gevreesd voor een zeer groot gebrek aan hooi. Na 3 juli echter, werden de weiden weer groen en in het najaar behielden zij lang overvloedig gras. Ook de tweede snede was voordeliger en bood enige vergoeding voor het tekort.’ 1859: ‘ De hooilanden in de gemeente Kampen zijn in het voorjaar door het zeewater overstroomd, ten gevolge waarvan zij weinig hooi hebben opgeleverd.’

120

Made with FlippingBook Annual report