Oerbos Hooidelta

De Leidijk wordt verlaten; de Leidijk wordt verlegd Het Binnenland werd uitsluitend als hooiland gebruikt. De lage ligging van het terrein en de venige ondergrond hebben er ook hier voor gezorgd dat de hooilanden geen spectaculaire opbrengsten gaven. De hooilanden werden hier nog minder gewaardeerd dan in de Buitenlanden, hoofdzakelijk klasse 4. Het hooiland tussen de Leidijk en de Gelderse grens werd zelfs in de laagste belastingklasse ondergebracht. 130 Het roept een beeld op van een door Spaanse ruiter, verschillende soorten Zegge en Pijpenstrootje gedomineerde hooilandvlakte. Dat de hooilanden hier van een zeer matige kwaliteit waren kan verklaard worden door te wijzen op de veenmosondergrond. Enkele percelen tussen de Leidijk en de Gelderse grens scoren namelijk wel hoger, namelijk klasse 3. Juist in deze percelen wijkt de bodemgesteldheid af in die zin dat hier geen veenmos maar lemig tot zwak lemig zand aan de oppervlakte ligt. 131 Ook de regelmatige overstromingen in het zuidelijke deel van het Binnenland moeten genoemd worden als oorzaak van de zeer matige kwaliteit van de hooilanden hier. Vooral in de 17 de en 18 de eeuw raakte het gebied regelmatig overstroomd door water dat tijdens zware stormen vanuit de Zuiderzee werd opgestuwd. De overlast was dermate ernstig dat de toenmalige bewoners langs de Leidijk geleidelijk aan zijn verkast naar de Hogeweg. Een kerkhof en een eenzame toren die rond 1832 nog hoog boven het vlakke hooiland uittorende was het enige wat nog restte van een kerk die tijdens een overstroming in de winter van het jaar 1747 grotendeels verwoest werd. De enkele huizen rondom de kerk die na deze overstroming nog wel bewoonbaar bleven werden verlaten nadat het gebied in 1775 en 1776 nogmaals overstroomd raakten. De toren werd in het jaar 1838 afgebroken.

Fig. 61. Hoogtekaart Buitenlanden/Binnenlanden. Het hoogteverschil tussen de Buitenlanden en de Binnenlanden met als grens de Hogeweg wordt zichtbaar op de hoogtekaart. Opvallend zijn ook de hoger gelegen landerijen langs de Enk die deels als weiland in gebruik waren. Deze zogenaamde overslaggronden zijn ontstaan door overstromingen vanuit de Zuiderzee. Doordat de zee hier regelmatig door de dijken brak, over de landerijen sijpelde en bij vertrek een laagje kleiig materiaal achterliet zijn de gronden door de eeuwen heen hoger komen te liggen dan de directe omgeving.

130 Hisgis, Fryske Akademy.

131 Eilander 1990, bodemkaart.

73

Made with FlippingBook Annual report