Oerbos Hooidelta

Fig. 77. Werden er in 2001 nog 472 grutto’s in de polder Mastenbroek geteld; in 2017 waren dat er nog maar 260. De neergang van het aantal grutto’s is echter al veel langer aan de gang. In de veertiger jaren van de vorige eeuw werden er op sommige plaatsen dichtheden van 500 broedparen per 100 hectare geteld. Uit tellingen in 1951, 1953 en 1956 bleek dat dit aantal drastisch was gedaald tot een dichtheid van 50 paren per 100 hectare. In de 25 jaar daarop daalde de dichtheid in grote delen van de polder tot 10 broedparen per 100 hectare. Uit een onderzoek dat in 2017 werd uitgevoerd bleek dat de dichtheid verder is gedaald tot 4,6 broedparen per 100 hectare. Grutto’s hebben een duidelijke voorkeur voor vochtige hooilanden. Het is dan ook niet verwonderlijk dat met de afname van het percentage extensief beheerd hooiland in de polder Mastenbroek het aantal getelde vogels zo drastisch is gedaald. De afname geldt echter niet alleen voor de Grutto. Ook andere weidevogels als de Tureluur, de Wulp en de Kievit zijn fors in aantal afgenomen. Niet alleen in de polder Mastenbroek verdwenen de meeste weidevogels; het is een verschijnsel dat we overal in Nederland terug zien. Foto: Wikicommons.

88

Made with FlippingBook Annual report